Geboortehuis
  • Home
  • Over ons
  • Lokaties
    • Loenen aan de Vecht
    • Bussum
  • Zwangerschap
    • Zwanger zijn
    • Week 1-12
    • Week 13 t/m week 20
    • Week 21 t/m week 30
    • Week 31 t/m week 39
    • Week 40 t/m week 42
    • De eerste controle
    • Controle schema
    • Prenatale screening
  • Bevalling
    • De Bevalling
    • Plaats bevalling
    • Fasen bevalling
    • Baringshouding
    • Geboorteplan
    • Inleiden
    • Tips voor vader
    • Pijnbestrijding
  • Kraambed
    • Het Kraambed
    • Beladvies
    • Aangifte
    • Borst- of kunstvoeding
    • Hielprik en gehoortest
  • Stories
  • Blog
  • Diensten
    • Centering Pregnancy
    • Coaching
    • Massage
    • Pretecho
    • Medische Echo
    • Anticonceptie
  • Overig
    • Zwangerenportaal
    • Miskraam
    • Vraag en Antwoord
    • Contact
    • Links
  • Meer
    • Home
    • Over ons
    • Lokaties
      • Loenen aan de Vecht
      • Bussum
    • Zwangerschap
      • Zwanger zijn
      • Week 1-12
      • Week 13 t/m week 20
      • Week 21 t/m week 30
      • Week 31 t/m week 39
      • Week 40 t/m week 42
      • De eerste controle
      • Controle schema
      • Prenatale screening
    • Bevalling
      • De Bevalling
      • Plaats bevalling
      • Fasen bevalling
      • Baringshouding
      • Geboorteplan
      • Inleiden
      • Tips voor vader
      • Pijnbestrijding
    • Kraambed
      • Het Kraambed
      • Beladvies
      • Aangifte
      • Borst- of kunstvoeding
      • Hielprik en gehoortest
    • Stories
    • Blog
    • Diensten
      • Centering Pregnancy
      • Coaching
      • Massage
      • Pretecho
      • Medische Echo
      • Anticonceptie
    • Overig
      • Zwangerenportaal
      • Miskraam
      • Vraag en Antwoord
      • Contact
      • Links
Geboortehuis
  • Home
  • Over ons
  • Lokaties
    • Loenen aan de Vecht
    • Bussum
  • Zwangerschap
    • Zwanger zijn
    • Week 1-12
    • Week 13 t/m week 20
    • Week 21 t/m week 30
    • Week 31 t/m week 39
    • Week 40 t/m week 42
    • De eerste controle
    • Controle schema
    • Prenatale screening
  • Bevalling
    • De Bevalling
    • Plaats bevalling
    • Fasen bevalling
    • Baringshouding
    • Geboorteplan
    • Inleiden
    • Tips voor vader
    • Pijnbestrijding
  • Kraambed
    • Het Kraambed
    • Beladvies
    • Aangifte
    • Borst- of kunstvoeding
    • Hielprik en gehoortest
  • Stories
  • Blog
  • Diensten
    • Centering Pregnancy
    • Coaching
    • Massage
    • Pretecho
    • Medische Echo
    • Anticonceptie
  • Overig
    • Zwangerenportaal
    • Miskraam
    • Vraag en Antwoord
    • Contact
    • Links

Inleiden

Met enige regelmaat wordt er in onze spreekkamer gesproken over “inleiden”. Wat houdt inleiden eigenlijk in en wanneer kiezen we daarvoor? Hoe zit het als je “over tijd” bent, waar ligt de grens en wat gebeurt er dan? Hieronder zullen we deze vragen beantwoorden zodat je meer informatie hierover hebt en wellicht betere keuzes kunt maken.


Strippen
Voordat je echt gaat praten over inleiden, hebben we een manier achter de hand waarmee je soms ook een bevalling kan laten starten, dit heet “strippen”. Wat houdt dit in en hoe werkt het dan? 

Strippen gebeurt door het doen van een inwendig onderzoek. Hierbij wordt er door de verloskundige met 2 vingers gevoeld naar de baarmoedermond. Eerst wordt deze beoordeeld op “rijpheid”. Net als bij een appeltje aan de boom moet ook een baarmoedermond rijpen. Deze is gedurende de zwangerschap gesloten, stevig van structuur en weggekanteld van de uitgang waardoor het een goede bescherming biedt aan de baby, het vruchtwater en de baarmoeder. 

Aan het eind van de zwangerschap gaat de baarmoedermond “rijpen”. Dit betekent dat de baarmoedermond richting de uitgang gaat kantelen, zachter/weker wordt van structuur en een beetje open gaat staan. Een rijpe baarmoedermond kan gestript worden. Dan masseer je met 2 vingers de randen van de baarmoedermond en woel je de vliezen los van de baarmoedermond die dan nog tegen elkaar aan geplakt zijn. 

Dit is dus niet de vliezen breken! Strippen kan gevoelig zijn maar is meestal niet pijnlijk. Er kan wat bloedverlies bij ontstaan (denk aan een hoeveelheid waar je een inlegkruisje voor zou dragen), dit is normaal. 

Het strippen kan de baarmoeder aanzetten tot weeën. Strippen werkt alleen als het lichaam er ook klaar voor is. Wetenschappelijk bewezen is dat strippen de bevalling met 1-2 dagen kan vervroegen. Te vroeg strippen zal dus ook niet werken. Wij gebruiken het in de praktijk in principe alleen vanaf 41 weken. Voor 41 weken alleen in overleg.


Wat houdt inleiden in?
Inleiden staat voor het kunstmatig op gang brengen van de bevalling daar waar het lichaam dat zelf nog niet gedaan heeft. Dit kan op verschillende manieren: het kunstmatig breken van de vliezen, een ballonkatheter of met een infuus met oxytocine.

  • Het kunstmatig breken van de vliezen: het breken van de vliezen kan een manier zijn om de baarmoeder aan te zetten tot weeën maken. Tijdens een bevalling gebeurt dit regelmatig maar vóór een bevalling zijn we er altijd terughoudend mee. Dat heeft 2 redenen:
    1. Zodra je de vliezen breekt, ontstaat er een open verbinding tussen binnen en buiten de baarmoeder. Daardoor is er kans op infectie. Deze kans houden we graag zo klein mogelijk.
    2. Als we je vliezen gebroken hebben en er ontstaan geen weeën, moet je na 24 uur gaan inleiden omdat de kans op infectie dan toeneemt. Daarmee ontneem je jezelf de kans om “natuurlijk” te bevallen. Wanneer kiezen we dan wel voor vliezen breken zonder weeën? Dat doen we alleen de middag/avond voordat je ingeleid wordt. Je geeft je lichaam dan een aantal uren de tijd om te starten met de bevalling en de inleiding voor te blijven. Maar als de bevalling niet op gang komt, weet je dat je toch ingeleid gaat worden in de ochtend want dat stond al gepland.

  • Ballonkatheter: dit wordt alleen in het ziekenhuis gebruikt (door een klinisch verloskundige) om een niet rijpe baarmoedermond te laten rijpen. Dit rijpen is een belangrijk proces. Als je een niet rijpe baarmoedermond hebt en je zou met een infuus weeën gaan opwekken, dan kan de baarmoedermond niet ontsluiten en kom je in een hele langdurige en ellendige bevalling terecht. Het rijpen van een baarmoedermond gaat vanzelf bij een bevalling die spontaan op gang komt. Als er een reden is om je bevalling in te leiden en dit rijpingsproces heeft nog niet plaatsgevonden, dan kun je door middel van een ballonnetje dit versnellen. Er wordt dan een katheter met aan het uiteinde een leeg ballonnetje in de baarmoedermond geplaatst. Deze wordt gevuld met wat (steriel) water. Dit “dwingt” de baarmoedermond om te rijpen. Als het ballonnetje vanzelf losraakt en naar buiten komt, is de baarmoedermond meestal goed gerijpt, 2 tot 3 centimeter open en klaar voor verdere actie.
  • Een infuus met oxytocine: deze vorm van inleiden gebruik je alleen als hier een reden voor is en de baarmoedermond rijp is. Dit gebeurt altijd in het ziekenhuis onder leiding van de klinisch verloskundige. Middels een infuus krijg je het hormoon oxytocine toegediend waar je baarmoeder op reageert door weeën te maken. De hoeveelheid hormoon wordt geleidelijk opgevoerd tot er goede weeën zijn en dan stabiel gehouden. Hoe snel de weeën op gang komen of hoe lang de bevalling duurt, is niet te voorspellen. Bij iedereen verloopt het anders. Inleidingen kunnen heel snel verlopen maar ook langdurig zijn.

Voor meer informatie over inleiden kun je hier kijken.


Wanneer kiezen we voor inleiden?
Inleiden doen we alleen als daar een medische reden voor is. Dit kunnen uiteenlopende dingen zijn als hoge bloeddruk, groeiachterstand van de baby of “over tijd” zijn.


Hoe zit het als je over tijd bent? 

De definitie van over tijd zijn wordt door de WHO gesteld op een zwangerschapsduur van meer dan 42 weken. Hierbij gaan we ervan uit dat de zwangerschapsduur bepaald is met een termijnecho in het eerste trimester. 90% van de vrouwen bevalt tussen 39 en 41 weken. Nog 20% van de vrouwen bevalt na 41 weken en slechts 2-5% is nog niet bevallen bij 42 weken. Dit betekent dat 15-18% van de vrouwen tussen 41 en 42 weken spontaan bevalt. 

Na een zwangerschapsduur van meer dan 42 weken ontstaat er een verhoogd risico op slechte conditie van de baby of babysterfte. Daarom worden vrouwen bij die termijn ingeleid en kiezen we ervoor niet langer af te wachten.

In onze praktijk houden wij, bij voorkeur, het beleid van inleiden bij 42 weken. Tussen 41 en 42 weken zien we je wel regelmatiger zodat we je kunnen controleren en strippen als jij dat wilt. Rond 41+3 weken regelen we een afspraak in het ziekenhuis voor een hartfilmpje van de baby (CTG) en een echo om de hoeveelheid vruchtwater te bekijken. Indien deze controle goed is, wachten we dus af tot 42 weken. We kunnen dan naast het strippen met jou overwegen of we de middag/avond voor de inleiding je vliezen breken.

Toch wordt er in het ziekenhuis wel eens eerder ingeleid dan 42 weken, ook al is er geen medische reden. Dit is dan op verzoek van de zwangere en heeft vaak te maken met moeheid (slecht slapen), een pijnlijk lichaam wat het gevoel geeft 'niet meer verder te kunnen' en ongeduld. Dit is een gevoel dat veel zwangeren hebben aan het eind van hun zwangerschap en de vraag is altijd 'is dit voldoende reden om de bevalling in te leiden?'

Een inleiding is pittig. Je gaat een bevalling in gang zetten terwijl het lichaam zelf daar nog niet klaar voor is. Je “forceert” het op gang komen van de bevalling. 

Vaak wordt een inleiding door vrouwen als heftiger ervaren dan een spontane bevalling en we zien dan ook vaker dat vrouwen behoefte hebben aan pijnbestrijding. 

Bij een inleiding zit je vast aan verschillende apparatuur. Denk aan het CTG apparaat, middels 2 banden om je buik wordt de hartslag van de baby geregistreerd (indien mogelijk wordt dit inwendig gedaan met een draadje op het hoofdje van de baby) en en de frequentie en duur van de weeën geregistreerd. 

Verder heb je een infuus om de oxytocine toegediend te krijgen. Met dit infuus, de registratie van je buik en waarschijnlijk inwendige registratie van de hartslag ben je nog wel mobiel. 

Maar heb je ook behoefte aan pijnstilling, dan is er een grote voorkeur voor een ruggenprik. 

Een ruggenprik is een goede pijnstiller en werkt vaak naar tevredenheid van de barende maar maakt dat je aan bed vast zit tot je bevallen bent. Lopen of staan gaat/mag niet meer. Ook verticaal bevallen (baarkruk) kan niet meer. Je hebt een blaascatheter omdat je niet meer kan voelen of je blaas vol is. Soms leidt een ruggenprik ook nog tot koorts wat vaak maakt dat er met antibiotica gestart moet worden, al dan niet met het na-behandelen van de baby na de geboorte met antibiotica. 

Er wordt ook gezegd dat een inleiding en/of een ruggenprik leidt tot een grotere kans op een kunstverlossing (vacuümverlossing) en daarmee ook een grotere kans op een knip. In enkele gevallen kan een inleiding niet “aanslaan” omdat het lichaam echt nog niet toe is aan bevallen. Soms moet je dan stoppen en dagen later weer verder gaan, soms leidt dit tot een keizersnee. Dit alles maakt dat we als hulpverleners altijd terughoudend zijn met inleiden en dit alleen doen als er een medische reden is. 

Open hier een pdf van deverloskundige.nl


Het verdient in onze ogen absoluut de voorkeur om na 41 weken af te wachten en pas bij 42 weken “in te grijpen”middels een inleiding. Heb je het zwaar in die laatste week? Vraag hoe wij je kunnen ondersteunen om toch door die week heen te komen en hopelijk spontaan te gaan bevallen!

Wellicht ook interessant

De Bevalling

Pijnbestrijding

Pijnbestrijding

badbevalling

Pijnbestrijding

Pijnbestrijding

Pijnbestrijding

ruggenprik bevalling

Geboorteplan

Pijnbestrijding

Geboorteplan

schrijven van een geboorteplan

Copyright © 2022 Geboortehuis - Alle rechten voorbehouden

  • Zwanger zijn
  • De Bevalling
  • Het Kraambed
  • Stories
  • Blog
  • Privacybeleid
  • Vraag en Antwoord
  • Contact

Cookiebeleid

Deze website maakt gebruik van cookies. Wanneer je deze site blijft gebruiken, ga je akkoord met ons gebruik van cookies. Privacybeleid

AfwijzenAccepteren en sluiten